Een samenloop van omstandigheden
“Ken jij iemand die Groen Links Meppel zou willen versterken?” vroeg ik Jan de Groot van Natuurwinkel Meppel nog niet zo lang geleden. “Nee, dat geloof ik niet. Of is het wat voor jou Mark?”. En van het één kwam het ander.
Mark en ik ontdekten meer gemeen te hebben dan engagement voor Groen Links. Eerst bleken we beiden ZZP-er, toen bleken onze echtgenotes elkaar te kennen. En toen we elkaar over andere dingen gingen spreken hoorde ik dat Mark een pelgrimstocht ging maken langs Zwarte Madonna’s. Als onderdeel van de verwerking van zijn ongewenste kinderloosheid. Een omstandigheid die we delen. En dat Mark daarbij mensen die dat willen uitnodigt een stukje samen te lopen. Dat lijkt me een bijzondere ervaring.
Als mijn agenda ruimte heeft is Mark al in Zuid Frankrijk aangeland. Het is zo, de ene voet voor de ander en dat lang genoeg brengt je overal. Maar als ik al die afstand langs mijn treinraampje zie vliegen krijg ik er nog meer respect voor dan bij het bekijken van de kaart.
Ik zie tamelijk vlak boerenland, afwisselend met maïs, koren en zonnebloemen. En ik weet dat als ik me bij Mark voeg de bergen vlak bij zijn. Ik hou erg van de bergen, maar het is ook wel spannend. Normaal fiets ik er, zou mijn rug de bepakking goed kunnen dragen?
TGV wordt sneltrein, wordt boemel en tenslotte een taxi vanaf Issoire naar Montaigut le Blanc. Ik sta afscheid te nemen van een taxigenote als er een kale tanige man in een slobbershirt me komt verwelkomen. De start van 3 mooie dagen samen wandelen, praten, zwijgen, eten en tent delen.
Mark maakt er werk van om zijn gasten te ontvangen. Het bier ligt koel te wachten, en hij heeft een mooie route uitgestippeld. Het is voor mij nieuw om met bepakking een meerdaagse tocht te lopen en krijg een keurige opbouw in zwaarte voorgeschoteld.
Waarschijnlijk is samen een route afleggen de mooiste manier om met elkaar in gesprek te zijn. We wisselen persoonlijke gesprekken af met eenvoudige observaties en stukken zwijgen. In de loop van de 3 dagen leren we veel over elkaars leven.
De eerste dag merk ik gelijk hoe vanzelfsprekend Mark zich hier beweegt. In Farge is het kerkje dat hij wel van binnen zou willen zien op slot. Terwijl ik op de stoep wacht wandelt Mark het dorpje in, en komt 10 minuten later ontspannen babbelend terug met een vrouw die de kerk opent, het betreurt dat haar man net weg is want die kan veel meer vertellen, en ons tot slot een verfrissing aanbiedt. Weer ‘en route’ vertelt Mark dat dit een aardig beeld is van dergelijke situaties onderweg.
We heuvelen verder door de Auvergne en ik krijg uitleg over de verschillende kazen. De hedendaagse pelgrim hoeft zich de geneugten des levens niet te ontzeggen.
In St. Nectaire is het zondagsmarkt. Na een bezoek aan de kerk genieten we de lunch tegen de muur daarvan met worstjes van de braderie, oud brood, meloen met gerookte ham (die sinds Clermont Ferrand in Mark’s rugzak zit) en kersen toe.
Maar misschien wordt de lengte van deze etappe niet alleen bepaald door onzekerheid over mijn draagvermogen, maar ook door de noodzaak tijdig een camping te bereiken met in de omgeving een goede gelegenheid voor ‘le match’. We komen op een camping met niet alleen een groot scherm, maar ook nog aan een meer. Mijn zwembroek ligt thuis, maar geen nood, Mark leent mij zijn pasgewassen shorts, die met een riem aardig om mijn middel blijft hangen en we spoelen met een duik het zweet van de dag af.
Ondanks de enthousiaste support van de serveerster van het campingrestaurant zien we Nederland in de verlenging onderuit gaan. Terecht volgens Mark, die – waar ik amper namen van de Nederlandse spelers kan opnoemen – moeiteloos weet te melden welke Spanjaard waarin uitblinkt. Ook hier vertoont de pelgrim verrassend wereldse trekjes.
De volgende dag is de lucht iets betrokken, later zullen we zelfs een klein buitje krijgen. We zetten onze wandeling en onze gesprekken voort. In de verte worden hoge bergen zichtbaar, Mark vertelt dat we daar overheen gaan lopen. Ik merk hoe lastig ik het vind om afstanden in te schatten, normaal fiets ik, en dan weet ik goed hoe ver die bergen zijn. Maar lopend? Het lijkt mij erg ver.
In de klim naar Vassivière staat in elke bocht een kruis met een tekst uit het Nieuwe Testament. Eerst dacht Mark dat het een statieënweg was, maar het lukt niet om een lijn in de teksten te ontdekken. Bovendien zegt Mark “maakt dit geen deel uit van mijn pelgrimage”. Het maakt indruk dat hij zo helder het onderscheid voelt.
Het bezoek aan het kerkje van Vassivière is bijzonder. We zijn een tijdje binnen, en Mark is in gesprek met de Zwarte Madonna en zichzelf als een in het wit geklede priester start met het opdragen van een mis. In een repeterend ritme wordt de Madonna om gebed en zegen gevraagd. De priester bidt, een paar gelovigen achter ons antwoorden. Deze entourage, het gedeelde thema van ongewenste kinderloosheid en Mark’s pelgrimage hierover maken het een ontroerende ervaring.
De vrouw die blijkbaar de huishoudelijke leiding heeft bij het kerkje wijst ons een prachtig kampeerplekje in een kom bij een naastgelegen kapelletje. Terwijl wij een potje koken op Mark zijn houtfornuisje eten onze echtgenotes ook samen en stemmen sms-berichten af.
De volgende morgen is de bewolking helemaal weg, we ontwaken in een heldere frisse ochtendlucht. Mooie omstandigheden voor een tocht over de bergen.
Deze dag heeft ons samenzijn een ander karakter. We genieten volop van het schitterende landschap. Weidse vergezichten over het dal beneden ons en de weg die voor of achter ons ligt. Dubbel genieten voor mij, omdat ik bij het lopen geheel geen hinder voel van de bepakking.
Het is stevig klimmen over een open landschap naar de Col de la Couhay. Onderweg kunnen we in de diepte het kerkje van Vassivière zien liggen. Een stier houdt ons scherp in de gaten als we een foto van het kerkje willen maken. Pas als hij merkt dat we niet meer van zins zijn ontspant hij.
Mijn ervaring is trekken per fiets, van het trekken te voet heeft Mark meer kaas gegeten. Omdat we voor de omweg kiezen hebben we niet genoeg water mee kunnen nemen. Met een keramisch filter worden de inmiddels lege flessen vanuit een bergstroompje weer gevuld, en kunnen we verder. Onderweg was Mark al attent geweest op de hoogte waar nog stromend water te vinden was. En vooraf had hij de route op de kaart goed voorbereid op stroompjes die in deze tijd zeker water zouden bevatten. Op de fiets zul je dat in Europa niet snel hoeven doen.
We lopen eigenlijk in een wijde boog om Mont Dore heen, waardoor we tussen een paar passen door steeds lang op ongeveer gelijke hoogte kunnen blijven. Op het eerste deel van de dag schiet er plots een ree over ons pad. Verderop wordt het nog mooier. Als een rondcirkelende roofvogel uit de verte ineens recht op ons toe vliegt zien we het een adelaar is! Hij vliegt redelijk vlak over en blijft in de buurt rondvliegen. Meer voegen zich erbij, en op een goed moment tellen we 8 rondcirkelende adelaars. Ze zijn inmiddels wel weer behoorlijk ver weg, maar in hun vlucht is nog het koninklijke gemak te zien waarmee ze zich laten dragen. [Mark: voor als één van je foto’s van de adelaar(s) gelukt is heb ik nog een mooi plekje bewaard om die toe te voegen!]
Mark zegt: ‘Hier is een van de adelaars, en die ree in jouw verhaal was in mijn beleving een chamoix, zo’n berggeit en volgens dat Franse stel was het een vrouwtje.
Het was een lange wandeldag en pas tegen zessen als we Mont Dore binnenlopen. Bij het station wacht ons een vervelende verrassing: de bus die ik morgenochtend naar Clermont Ferrand wilde nemen gaat niet vanwege de nationale feestdag op 14 juli. De enige manier om daar nog te komen is over 1,5 uur een taxi nemen naar Laqueuille om van daar door te reizen. In plaats van een afsluitende avond en nog een overnachting in de tent pakken we nog een biertje en wisselen de spullen uit die ik voor Mark meenam, en die hij mij mee terug wil geven.
Een wat abrupt einde van 3 bijzondere dagen. Met deze pelgrimage en de uitnodiging aan mensen een stuk(je) mee te lopen schenkt Mark zichzelf en die omgeving een bijzondere ervaring. Ik voel me dankbaar hierin te mogen delen.