Hospitalite inconnu
‘Of er een café is in dit dorp’ vraag ik aan n man die bij zijn huis buiten aan t werk is. ‘Nee, niet hier boven, wel in het dorp beneden.’ ‘Balen, daar kom ik net vandaan’. ‘Ja het is zonde, zo’n mooi dorp en geen café en niet eens een bakker. Maar als u een koffie wilt dan maak ik er een bij mij binnen’ Even later zit ik in een ruime woonkeuken met een royaal kookeiland. Bij aankomst is een wat oudere dame in de keuken bezig, naar later blijkt de moeder van mijn gastgever Jean-Noëlle. Daarna druppelen nog meer mensen binnen. Een jongetje van n jaar of 7 samen met n man die naar later blijkt zijn oom is. Nog een vrouw, moeder van het jongetje en vrouw van Jean-Noëlle. Ze heet Sophie. Het gesprek is geanimeerd en vanzelf wordt het midi. Of ik even mee eet? Iets eenvoudigs hoor want ze gaan s’avonds uit heten.
Na het eten, als zoontje Gabriel met zijn oom naar buiten is komt het gesprek op de kinderen van Jean-Noëlle die al uit huis zijn. Van daar gaat het vanzelf verder naar het verschil in relatie aangaan met kinderen van een ander als ze nog jong zijn zoals Gabriel of al bijna volwassen zoals bij de zoon en dochter van Jean-Noëlle. En op hoe het is voor de moeder van .. en grootmoeder van de kinderen. In eerste instantie helemaal niet blij lijkt ze voor t eerst te vertellen aan haar nieuwe schoondochter. De Fransen doen het trouwens beter dan wij in benaming; ze hebben het niet over stiefkinderen of stiefvaders. Ze gebruiken gewoon het woordje beau net als schoon. Geen bloedband maar wel familie. Voor het weggaan dankt Sophie voor de rencontre inconnu. Inconnu? Unexpected helpt Jean-Noëlle. Dat is het inderdaad, alle ruimhartige gastvrijheid.
Met een bovengemiddeld goed gemoed wandel ik die middag verder tot aan Longpont. Daar is een prachtige half vervallen abdij, maar voor mij interessanter is dat er een gite d’etappe is. Volgens een internet bericht van de club alpine Française is er een rudimentaire dortoir zonder verwarming bij de Auberge de l’Abbaye de Longpont. De waard vertelt me dat ze zijn gestopt met de gite d’etappe. Er zijn wel kamers vanaf 80 euro maar dat vind ik wellicht te duur. Inderdaad vind ik dat te duur maar ik neem wel graag avondeten.
De herberg is heel charmant en ze hebben zelfs Orval. Volgens de waard ook zijn favoriete bier. De waard komt telkens als hij even vrij is een praatje maken. Op een prettige manier hoort hij mij uit. De gesprekken gaan over lopen en Zwarte Madonna’s en andere wandelende reizigers die zijn herberg bezochten. Na een heerlijk menu met fromage, mousse au chocolat en koffie na reken ik af. Ik ben royaal met de fooi maar de waard blijkt veel royaler. Er is een kamer voor me beschikbaar, gratis. Dit is geen tijd om iemand nog t bos in te sturen. En het ontbijt is ook geregeld op de tijd die mij past. Dankbaar aanvaard ik de onverwachte gastvrijheid en geniet ik een douche en een bed.