eerste zwarte Madonna
11 mei
Aangekomen in Keulen mijn rugzak achtergelaten in het hostel en meteen doorgelopen naar de zwarte Vrouwe van de Kupfergasse. Terwijl ik rond half zes aankom lopen luiden de klokken. Mooi, dat betekent in ieder geval dat ie open is. Er lopen net meerdere mensen naar binnen, ik volg hen. De kerk is niet vol maar wordt gaandeweg voller. Mensen druppelen binnen. Sommigen gaan rechts voor in de kerk in de zijbeuk een deur door. Ik zet mezelf rechts achter in de zijbeuk. Ik kijk rond, mijn ogen zoeken het zwarte genadebeeld. Niet voorin bij het altaar, ook niet in de zijbeuk. Zou ze in een aparte kapel die deur door rechts te vinden zijn? Ondertussen beginnen de rituelen; voorbeden, gezang, orgelspel, staan, zitten, knielen. Ik probeer mee te lezen in de gebedenboeken, maar het zijn er drie, en de priester noemt weliswaar de kleur en nummers, maar het wordt me niet duidelijk of hij lied- of paginanummers bedoelt. Het gaat zo een tijd door tot het na 3 kwartier stopt. Een paar mensen gaan weg maar de meesten blijven zitten. Ik begin het vermoeden te krijgen dat de mis nu pas gaat beginnen. En ja er komen nog meer mensen binnen en de priester komt opnieuw op met een collega en misdienaar aan zijn zijde. Ik woon de hele mis nog bij, het is eigenlijk wel goed zo lang hier te zijn, te wachten tot ik vrij rond kan kijken op zoek naar het genadebeeld. Het past in ieder geval uitstekend bij regel 10: Neem ruim de tijd bij het bereiken van het doel, ook bij het bereiken van de tussendoelen. Sta er letterlijk bij stil. Uiteindelijk lukt het me 1 keer de juiste tekst bij een lied te vinden, het gaat over Maria die waakt over pelgrims, dat lijkt me uitstekend van toepassing. De mis werkt toe naar het hoogtepunt van de viering, het delen van het heilige brood met elkaar. Zoals altijd ben ik op dit moment buitenstaander, ik ben immers niet gedoopt. Ik heb als kind 1 keer een hostie aangenomen, ik moest wel want ik zat bij het altaar omdat ik vanuit school meedeed met muziek maken voor de mis. Ik vond m heel vies die hostie, en heb m onder het bankje weggemoffeld. Een zware zonde vermoedde ik, sindsdien heb ik nog wel vaker een mis bijgewoond, maar zorgde ik altijd dat ik achterin de kerk zat. Ik zit nu weer achterin, helemaal op de achterste rij, en zie dat het ritueel gemeenschap geeft. Ik heb er een dubbel gevoel bij, iets in me verlangt naar zo’n gemeenschap, maar aan de andere kant ben ik heel blij buitenstaander te zijn en mijn eigen weg te kunnen gaan.
Aan het einde van de mis stromen de mensen naar buiten en zie ik vrijwel bij de ingang, achterin rechts net aan de andere kant dan waar ik zat, een heleboel kaarsen branden. Ik loop ernaartoe en zie nu ook de ruimte met de zwarte Madonna, tussen de beide in en uitgangen, als het ware achter de grote ingangspoort. Ik zat er al die tijd vlakbij, had er zo naar toegekund, maar het is helemaal goed zo. Ze is donker, bijna zwart, ik zit nog een tijdje naar haar te kijken, steek een paar kaarsen op, maak wat foto’s en zit nog even daar. Het is goed zo.